Overzicht van bijzondere momenten.

Inmiddels zit het vliegseizoen 2022-2023 er weer op. Het regenachtige weer in de herfst is een mooie gelegenheid om je materiaal te controleren, het gemaakte beeldmateriaal uit te zoeken en je vluchten nog eens goed te analyseren. In deze blog deel ik een aantal bijzondere avonturen van het afgelopen seizoen. 

  • Vlakkeland vlucht van de Jura naar Berner Oberland
  • Vliegen boven de Italiaanse bergmeren
  • X-Swiss project West naar Oost
  • PR verbeterd: vlakke driehoek van 243km

Vlakkeland vlucht van de Jura naar Berner Oberland

In de afgelopen jaren heb ik het al meerdere keren geprobeerd. Vanaf de heuvels in de Jura, in het noorden van Zwitserland, het vlakkeland oversteken naar de hoge bergen in Berner Oberland. Tot nu toe strandde ik altijd ergens halverwege of net voordat de hogere bergen begonnen. Maar in augustus lukte het me, ondanks de blauwe thermiek, om de volledige oversteek te maken. Ik vloog samen met een andere piloot, wat als voordeel heeft dat je meer kans hebt om thermiek te vinden en om eenmaal in de thermiek ook sneller te zien waar het sterkste stijgen is. Een aantal keer kwamen we laag. Op dat moment is het belangrijk om heel goed te observeren. Zie je vogels, blaadjes, pluisjes of beneden op de grond vlaggen? Zo kwamen we bij een dorpje op ruim 200 meter AGL. Ik had licht stijgen en dan is het belangrijk om direct in te draaien, ook als het een 0 is. Je hebt dan tijd om goed te observeren. Ik zag beneden aan de ene kant van het dorpje een vlag die wapperde. Aan de andere kant van het dorpje zag ik ook een vlag en die had precies de omgekeerde windrichting. Daartussen moest dus thermiek zijn. We lieten ons langzaam die kant op verschuiven en inderdaad, het ging weer flink omhoog. Na 10 minuten zaten we weer 1000 meter hoger. Zulke bijzondere momenten vergeet je niet.

Bekijk de vlucht: https://www.xcontest.org/2023/holland/vluchten/details:annejan/23.08.2023/09:37

Vliegen boven de Italiaanse bergmeren

Vorig jaar ontdekten we bij het X-Swiss project een gave hike & fly startplek in Tessin: Alp Caviano. Deze startplek ligt tegen de Italiaanse grens en is het begin van de Alpen. In het voorjaar kun je hier al mooie vluchten maken. In de bergen ligt er dan nog veel sneeuw, maar in het zuiden is de sneeuw dan al lang gesmolten. In april maakte ik na een mooie hike een vlucht over de Italiaanse bergmeren. Fantastische uitzichten, heel bijzonder. Als het helder weer is kijk je zelfs tot Milaan. Het is in Tessin en Italië wel altijd belangrijk om je vlucht goed voor te bereiden omdat je in sommige dalen niet of nauwelijks landingsplekken hebt. Na een vlucht over de meren landde ik in Cesana Brianza en ging ik nog even langs bij Giorgio waar alle schermen van Airtime worden gekeurd. 

Bekijk de vlucht: https://www.xcontest.org/2023/holland/vluchten/details:annejan/26.04.2023/08:53



X-Swiss project West naar Oost

Tijdens het X-Swiss 2023-project maakten we met 11 piloten van de X-Alps Academy een uitdagende hike & fly-reis van west naar oost Zwitserland. De reis begon in Montreux met als doel Konstanz, met veel bijzondere maar ook spannende momenten onderweg. De eerste dag begon met een uitdagende start met harde wind. ‘s Avonds konden we onverwachte vluchten maken bij zonsondergang en direct landen bij de hut.

Op dag twee, van Jaun naar Eriz, leerden we het belang van teamwork en effectieve communicatie, maar ook het verbeteren van vliegstrategieën op basis van eerdere ervaringen. Dag drie stond in het teken van het goed in de gaten houden van het weer vanwege de voorspelde onweersbuien. Het lukte de meeste piloten om tientallen kilometers verder te komen in de buurt van Engelberg. Op dag vier waren flexibiliteit en aanpassingsvermogen belangrijk in verband met een regenfront wat later kwam als voorspeld. In de stromende regen hikten we naar de Klausenpass waar we ons weer op konden warmen.

Op de laatste dag, van Klausenpass naar St. Gallen, waren de uitdagingen de uitvoering en de planning van de dag. We rekenden niet met rugwind op de Klausenpass wat voor vertraging zorgde. Gelukkig waren we op tijd op de juiste startplek voor een hele gave afsluitende vlucht door het Glarnerland naar het noorden over de Walensee richting St. Gallen. Ondanks dat we als groep niet helemaal tot Konstanz zijn gekomen, was de ervaring weer heel bijzonder. Hoogte- en dieptepunten, uitdagingen en nieuwe vriendschappen. Het avontuur benadrukte het belang van teamwork, veiligheid, aanpassingsvermogen en het genieten van de natuur vanuit de lucht.

In het volgende nummer van het tijdschrift Lift vind je een uitgebreid verslag van dit project.

PR verbeterd: vlakke driehoek van 243km

Op 22 mei genoot ik van prachtig vliegweer in Zwitserland, na weken slecht weer. Ik vertrok van Riederalp in Wallis rond 9:30 uur. De thermiek was direct sterk genoeg, waardoor ik al snel 500 meter boven de start zat. In het Goms werkte de thermiek zoals gewoonlijk goed. De meeste piloten vliegen tot de Grimselpas, maar de condities waren zo goed dat ik doorvloog naar Furka en Andermatt. Onderweg naar mijn eerste punt in Andermatt en daarna terug naar Riederalp maakte ik gebruik van de oostenwind.

Op de terugweg na mijn tweede keerpunt ontwikkelden sommige wolken zich tot regen- en sneeuwbuien, dus week ik uit naar de zuidkant van de vallei en keerde later terug naar de noordkant. Ondanks de uitdagingen behield ik mijn hoogte en sloot ik mijn driehoek. Rond 19 uur bereikte ik Riederfurka, waar ik genoot van de laatste thermiekbellen en de ondergaande zon. Wat een geweldige dag en mooie herinnering! Ik schreef hier eerder een uitgebreider verslag van: https://www.airtime.nl/nieuws/vlakke-driehoek-243-km-van-anne-jan/

De DHV heeft een interessant artikel geschreven over “wind”, welke apps kan je goed gebruiken om je informatie uit te halen wat betreft de wind op hoogte, wind in het dal en veranderingen. Interessant is ook het advies wat ze geven rondom de informatie die je uit apps haalt en de vertaling naar de werkelijkheid. Hoe zijn de omstandigheden en waar houd je dan rekening mee. Want alleen maar naar een voorspelling kijken is natuurlijk niet realistisch. Wij hebben de tekst vertaalt.

Wind is de belangrijkste, veiligheidsrelevante weervariabele voor ons als paragliders. Alleen als de wind zwak genoeg waait en er geen harde windstoten zijn, kan vliegen (afgezien van piloot- en materiaalfouten) als minder ongevalsgevoelig worden beschouwd. Met een toenemende windsnelheid neemt het risico exponentieel toe. Dan bestaat het risico van lij rotor, windschering, windvlagen, sterke windgradiënten nabij de grond, etc. De piloot moet dan weten hoe hij daarmee om moet gaan. 

Wij paragliders bereiken snel de fysieke grenzen van onze voorwaartse snelheid. Het is dus belangrijk om altijd te weten hoe de wind waait op een vliegdag. Veel piloten vertrouwen vooral op voorspellingen die afkomstig zijn van weermodellen. Ze geven een goede aanwijzingen maar zijn echter niet altijd realistisch. Enerzijds omdat het weer zich anders kan ontwikkelen dan voorspeld. Anderzijds omdat lokale omstandigheden zoals het terrein met bergen en dalen invloed kunnen hebben op de luchtstromen, windrichting en windkracht. Daardoor geven voorspelling niet altijd de juiste informatie.

Controleer altijd de echte wind
Het is daarom ten zeerste aan te raden om voor elke vlucht nogmaals te controleren hoe de daadwerkelijk gemeten windwaarden in jou eigen vliegregio zijn. En zelfs tijdens (vooral langere vluchten) de vlucht kan het de moeite waard zijn om actuele windwaarden op je smartphone in de cockpit op te roepen, om te voorkomen dat je in de val loopt of vliegt door verrassende windontwikkelingen.

Je kunt je bijvoorbeeld afvragen: Is de dalwind opgestoken en is hij nog steeds landbaar of is er een harde wind opgestoken in het dal en kan ik daar rekening mee houden? Komt de wind al over de bergen heen en zit ik daardoor in de luwte of zelfs wel de lij? Is de voorspelde richtingsverandering van de wind al opgetreden? Waait de wind, zoals voorspeld, uit de goede richting op de startplek, of moeten we naar een andere startplek? Is de wind misschien harder dan voorspeld en is de dag daardoor nog wel vliegbaar?

De daadwerkelijk gemeten windwaarden kunnen in principe voor twee dingen worden gebruikt:
1. Plausibiliteitscontrole (meerdere stations): Dit wordt gedaan voor een vliegdag of voor een start. Komen de gemeten waarden in de regio overeen met de voorspellingen voor de huidige tijd, zowel qua richting als qua snelheid? Als er significante afwijkingen zijn, dan klopt de prognose (de TARGET-situatie) uiteraard niet en moet je nadenken over hoe om te gaan met de werkelijke situatie. Moet je misschien je vluchtplannen wijzigen? Hierbij is het van belang de analyse niet te beperken tot de waarden van individuele stations, maar altijd naar een groter geheel kijken met meerdere stations.
2. Lokale controle (individueel station): Deze gegevens tonen je de omstandigheden die aanwezig zijn op de locatie van een station. Ze kunnen op deze punten van bijzonder belang zijn voor beslissingen over het starten en landen. Het is belangrijk om te weten waar het station zich eigenlijk bevindt: bovenop een berg, direct bij een startpunt op een helling of beneden in het dal? Staat het bloot aan harde wind of is de locatie beschut van de wind? Het is van belang om uit deze informatie een juiste beoordeling te kunnen maken over de lokale situatie. 

Referentiestations kennen
Het gebruiken van live windwaarden en het correct interpreteren ervan vereist enige ervaring. Vergelijk altijd uw eigen ervaringen met wat de verschillende meetstations zeggen. Alleen zo kunt u in de loop van de tijd voor “jouw” vlieggebied zien welke stations als goede referentie kunnen dienen voor bepaalde beslissingen en welke je met een gerust hart kunt negeren, omdat hun gemeten waarden jou alleen maar op een dwaalspoor brengen.

Vooral als je in bergachtige streken reist, is het ook belangrijk om te onthouden: welke van de stations zijn blootgesteld aan de wind hoog op de berg, daarom moeten ze een goed overzicht bieden van de windsituatie op grote hoogte. En welke bevinden zich beneden in het dal om de windsituatie op een landingsplaats correct te kunnen inschatten? 

Een live controle van de wind, zelfs tijdens de vlucht, helpt alleen als je weet hoe je ze kunt interpreteren.

Ten slotte moet je altijd rekening houden met de updatefrequentie van de verschillende meetstations. Afhankelijk van welk meetnetwerk de data afkomstig is, zijn er verschillende updatefrequenties. Ze kunnen tussen de vijf minuten en een uur duren. Windmetingen mogen idealiter niet ouder zijn dan 15 minuten.

Bronnen
Er zijn verschillende websites en apps die geschikt zijn om actuele windwaarden op te roepen op je smartphone. Sommige apps bieden aanzienlijk meer functionaliteiten dan alleen het weergeven van de wind. 

Het is de moeite waard om de verschillende apps en hun weergaveopties uit te proberen. Alle werken met kleurcodering om in één oogopslag geschatte windsnelheden te kunnen vastleggen. Als je op afzonderlijke stations klikt, worden verdere details weergegeven – zoals de ontwikkeling van de windwaarden in de loop van de tijd.

Hieronder beschrijven we een aantal apps die goed van pas kunnen komen. Houd er rekening mee dat je een app moet leren kennen, wanneer je altijd verschillende apps raadpleegt kan je ook moeilijk inschatten wat de waarde is van de voorspelling van de app. En hoe je de gegevens moet interpreteren.

Windy

De website Windy en de gelijknamige app zijn het Zwitserse zakmes als het gaat om een ​​overzicht van de weersomstandigheden. Daar kun je de voorspellingen van verschillende meteomodellen weergeven, maar ook een overlay met huidige stationmetingen. Windy is daarom de beste optie voor de hierboven beschreven plausibiliteitscontrole voor de start, d.w.z. de grootschalige vergelijking van doel- en werkelijke waarden voor windkracht en -richting. Windy is minder geschikt voor gebruik tijdens de vlucht – al was het maar omdat de windstationlaag steeds weer moet worden ingeschakeld via enigszins moeilijk toegankelijke submenu’s.

Burnair

Op de Burnair.cloud website en in de bijbehorende iOS en Android app Burnair Map schakel je de weergave “Live weather” in voor geregistreerde gebruikers (registratie is gratis). Vervolgens worden naast geanimeerde buienradargegevens ook lokale windstationwaarden weergegeven. Burnair biedt – in ieder geval voor het hele Alpengebied – de grootste datapool, d.w.z. het bevat ook enkele meetnetwerken die nog ontbreken in andere apps (bijvoorbeeld gegevens van windstations van de Tiroolse lawinewaarschuwingsdienst). De dubbele kleurcodering van de windpijlen in Burnair is erg handig. De kern geeft de gemiddelde wind weer, de gekleurde rand de windvlaagkracht. Het is alleen niet meteen duidelijk of een station op de berg of in het dal ligt. Daarvoor biedt Burnair nog een andere waardevolle functie. Als je dicht genoeg bij een station inzoomt, worden de gemeten waarden hieronder ook als cijfers weergegeven. De schriftelijke vorm geeft aan of de gegevens actueel of enigszins achterhaald zijn. Als de metingen meer dan tien minuten geleden zijn, worden ze cursief weergegeven. Een klik op de windpijl opent een curveweergave van de windontwikkeling voor een dag. Op deze manier kunnen toenemende of afnemende windsnelheden snel worden geïdentificeerd.

Spotair

Spotair is een zogenaamde webapp van een Franse ontwikkelaar. De link naar de pagina kun je als app opslaan op je smartphone, deze werkt met iOS en Android. Spotair toont data van de meest uiteenlopende wereldwijde meetnetwerken en is daardoor ook geschikt voor reizen buiten Europa. Windmetingen worden gepresenteerd als kleurgecodeerde windzakken, met een digitaal display in het midden. Groen kan als onproblematisch worden beoordeeld (gemiddeld <15 km/u), bij oranje is het al sterker. Als je op een windsymbool tikt, wordt er een vak geopend met een wat gedetailleerdere weergave inclusief windvlagen (indien gemeten). Als je nogmaals op dit vakje tikt, wordt er een grotere windgeschiedenis geopend, die zelfs tot vijf dagen teruggaat. Op sommige windsymbolen kunnen ook kleine pijlen verschijnen. Dit is altijd wanneer Spotair tussen verschillende metingen een duidelijke trend van toenemende of afnemende wind heeft herkend.

Hofluy

Holfuy is een aanbieder van weerstations die door veel paraglidingclubs worden gebruikt. Op de Holfuy-website en de Holfuy-app kunnen enkel de gegevens van het Holfuy-netwerk worden opgevraagd. Aangezien de meeste stations zich meestal direct bij startlocaties bevinden, kan het in sommige vlieggbieden waar dit type station wijdverspreid is, erg handig zijn om de Holfuy-app te installeren. In tegenstelling tot alle hierboven beschreven aanbiedingen, biedt Holfuy alleen een kaartweergave aan op haar website. In de app kunnen afzonderlijke stations als favorieten worden ingesteld en vervolgens alleen in een tabel worden opgeroepen. 

Winds.mobi

Winds.mobi is een Zwitserse ontwikkelaarswebsite die ook prima werkt op smartphoneschermen. De dekking van de weergegeven meetnetten is zeer goed, vooral voor Zwitserland en Frankrijk. Voor het oostelijke Alpengebied is het niet zo goed als Burnair, en ook wereldwijd blijft het wat achter vergeleken met Spotair. Winds.mobi schittert met twee andere handige functies: enerzijds geeft de vorm van de kleurgecodeerde windpijlen aan of een station zich in het dal of op de berg bevindt. In het eerste geval is er een kronkel in het midden van de pijl, in het tweede een driehoek. Aan de andere kant kunt u met winds.mobi overschakelen van een kaartweergave naar een tabelweergave (inclusief windgeschiedenis). Om dit te doen, moet u eerst afzonderlijke windstations als favorieten selecteren. Als u zich gratis aanmeldt, kunt u deze favorieten zelfs op verschillende apparaten synchroniseren. Winds.mobi is daarom vooral interessant als je regelmatig in een gebied vliegt en alle relevante windstations in het gebied invoert. Dit geeft u een bijzonder snel overzicht.

Wingit

Wingit is een app voor iOS en Android die pas in 2023 is gelanceerd. Hun functies zijn niet beschikbaar als website, maar alleen op smartphones. Naast een wereldwijde startdatabase, webcams, luchtruim, skyways en thermische informatie, biedt de app ook uitgebreide toegang tot windmeetnetwerken. Voor Europa zijn de gegevens even compact als die van Spotair, maar Burnair lijkt beter in het Alpengebied. Windkracht is gecodeerd in verkeerslichtkleuren. Alle donkere tinten groen kunnen als ok worden aangemerkt

Is de situatie lichtgroen en dan geel, dan kan de situatie (vooral in de bergen) als uitdagend worden beoordeeld. Wingit heeft volgens de ontwikkelaar als voordeel dat het live minder dataverkeer verbruikt dan bijvoorbeeld Burnair of Spotair. Als gevolg hiervan zou het nog steeds goed moeten werken, zelfs met een suboptimale netwerkverbinding.

Lichtelijk gefrustreerd staan we ruim een halfuur in de file voor de grens met Slovenië, na twee weken door Kroatië en Bosnië te zijn getrokken. 

Verwachtingsvol is mijn blik gericht naar de horizon. Sinds mijn 16ejaar kom ik in de Alpen en altijd nog is de eerste aanblik van de Alpen een moment waar ik naar verlang, binnen een paar uur zal het weer zover zijn… 

Of het nu is om te klimmen/wandelen/fietsen of skiën, de Alpen zijn voor mij de mooiste plek in de wereld om deze hobby’s te kunnen beoefenen.

Sinds ik een kleine 10 jaar geleden bij Ayke en Barry een degelijk traject tot zelfstandig paragliding piloot heb doorlopen, is Paragliden de laatste jaren mijn hoofddoel geworden om de Alpen zeer geregeld te bezoeken.

De laatste week van onze vakantie hebben we o.b.v. de gunstige weersvoorspelling besloten om kamperend door te brengen op het Fliegercamp in Greifenburg, ook een fantastische locatie voor onze dochters met de Badesee om de hoek en tal van activiteiten in de omgeving voorhanden! 

Aangekomen op het Fliegercamp vinden we een mooie kampeerplek onder een eikenboom (gelukkig zonder de beruchte eikenprocessierups die bij ons in Brabant en elders mensen tot wanhoop drijft). In de middag hebben we zodoende schaduw met de hoge verwachte temperaturen van boven de 35 graden(!) geen overbodige luxe is.

Omdat ik al 5 jaar vlieg aan mijn basisintermediate, een Skywalk Tequila 4, ben ik gaan denken aan vervanging en na pakweg 10 jaar zelfstandig vliegen is het denk ik verantwoord om de stap naar een ‘hoge B’ te maken. 

O.b.v. het nodige huiswerk en vergelijken op papier heb ik inmiddels een shortlist gemaakt van 3 schermen waar ik nader mee kennis wil maken.

Mijn huidige Tequila is een levendig scherm waar ik altijd met veel plezier aan gevlogen heb, door zijn karakter is actief vliegen in turbulente omstandigheden wel gevraagd ondanks de classificatie. Gezien het feit dat ik graag af en toe ook overlandjes tot een 100 km doe (en in de toekomst hopelijk verder…), heb ik dit scherm door de jaren heen door en door leren kennen. 

Mijn Tequila als referentie nemend, heb ik een duidelijk beeld wat ik waardeer aan dit scherm en ook de wat mindere eigenschappen. Uiteraard wil ik bij een nieuw scherm de mindere eigenschappen verbeterd zien worden. Concreet zijn de in mijn ogen wat mindere eigenschappen: 
– soms wat ‘te’ actief moeten vliegen in lastige omstandigheden
– windpenetratie is voor verbetering vatbaar
– bellen zijn zodoende vanaf de lijzijde soms wat lastiger te betreden
– speed trapt relatief zwaar
– 5 jaar is al ouder, glijgetal is dan ook wat gedateerd
– oren willen soms wel eens wat slaan bij het trekken

Aan de positieve kant van het spectrum:
+ levendige handeling/positief dynamisch
+ zeer makkelijk te landen met minimale vliegsnelheid (jetflaps)
+ in alle jaren nooit één problematische inklapper gehad
+ startvoorbereidingen zeer eenvoudig door volledig ommantelde lijnen
+ thermiekt als een malle!

Op mijn shortlist voor een nieuw scherm staat ook de Nyos RS. Als technisch onderlegd persoon, ben ik altijd geïnteresseerd in nieuwe technologieën en het RAST systeem heeft vanaf het begin al mijn belangstelling gewekt. Vooral ook omdat het een directe relatie zou hebben met de potentiële vliegveiligheid in geval van inklappers, maar ook bij starts waar de wind een deuntje blaast. Als vader van twee dochters is dit op voorhand al een dikke ‘+’ voor mij.

Mensen die mij kennen weten echter ook dat ik een licht kritisch karakter heb en sceptisch sta tegenover (te)veel marketing. Er is maar één manier om erachter te komen of de Nyos RS een kandidaat is als mijn toekomstige scherm, uiteraard zelf vliegen.

Als relatief ‘vlieggewicht’ van 72 kilo/startgewicht 92 kilo bij 1.87 val ik mooi aan de bovengrens van de Nyos RS maat S. Na mijn interesse bij Ayke kenbaar te hebben gemaakt, tovert hij een gloednieuwe Nyos RS maatje S tevoorschijn die ik vrijblijvend een aantal dagen mag testen. 

Niet zomaar een glijvluchtje dus, nee gewoon uitgebreid de mogelijkheid bieden om vrijblijvend kennis te maken met de Nyos RS, dat weet ik bijzonder te waarderen! Het weer is deze dagen uitstekend met hoge temperaturen in het dal, prima thermische omstandigheden door een Noord(west)stroming hogerop waardoor de koelere lucht op hoogte zorgt voor een wolkenbasis in Greifenburg van rond de 3000 meter.

De aanloop van piloten op de reguliere startplaats Thermiktreff (de ‘1100’) maar geregeld ook op de ‘1300’ is op dergelijke dagen in het hoogseizoen groot. Dat is nu ook het geval, waardoor ik besluit om samen met vrouw en kinderen de rust van de bergen op te zoeken en met pakzak de Nassfeldriegel op te lopen voor een bescheiden ‘Hike’ en hopelijk langere ‘Fly’. Extra voordeel is ook dat ik zo eerder goed in de thermiek zit, zonder het massale gekrabbel in de huisbel van de Emberger. Na een uur zijn we boven en kan ik me in alle rust gereed maken voor de eerste start aan de Nyos RS. Droog thermohemd aan, broodje eten, blaas legen en zien hoe de eerste piloten van de Emberger af aarzelend nog onder mijn fraaie startplaats langzaam in de zwakke thermiek aan hoogte winnen.

Een eer dat ik als eerste een gloednieuw scherm mag uitpakken, zo strak en netjes opgevouwen als ware het origami. Wat me opvalt is allereerst het doek, dat lijkt wat meer te glanzen dan wat ik gewend bent (nieuw type doek begrijp ik uit Japan) en verder ook de nitinol staafjes in de neus die de instroomopeningen mooi open houden en het geheel heeft dan ook een hoogwaardigere uitstraling i.p.v. het goedkope plastic grasmaaierdraad van andere fabrikanten.

De stamlijnen zijn netjes ommanteld enkel bovenin en de gehele stabilo’s zijn onommanteld. Het lijnen sorteren is een fluitje van een cent en het valt me mee dat ook de niet ommantelde lijnen goed te sorteren zijn. Het enige waar ik zo de eerste keer even aan moet wennen zijn de risers, deze zijn wat minder stijf dan wat ik gewend ben maar verdraaien is geen issue, als je op blijft letten tenminste.

Klaar voor de start, de eerste collegae piloten komende vanaf de Emberger gaan inmiddels overland met pakweg 2600m hoogte in Westelijke richting, tijd om te vertrekken… 

De wind is zeer zwak, rustig voorwaarts starten is het devies. Het scherm komt netjes omhoog na mijn input aan beide A’s. Het valt op dat dit wat zacht aanvoelt, omdat het achterste deel van het scherm zich door de RAST wand wat later vult. Ongetwijfeld een groot voordeel bij hardere wind omdat dan de krachten beheersbaarder blijven vanwege het kleinere contactoppervlak waar de wind echt vat op heeft. Een aantal stappen en ik ben los op zoek naar de eerste thermiek van de dag. Seconden later heb ik deze al gevonden en mijn eerste cirkels in de thermiek zijn een feit, zwaaiend naar mijn meiden onder me, die steeds kleiner lijken te worden.

Uiteraard is dit op details anders dan aan mijn huidige scherm, de eerste indruk is dat de Nyos wat onverstoorbaarder/stabieler is eenmaal in de thermiek met iets hogere remdruk dan wat ik gewend ben. Bij het binnenkomen van de thermiek zoekt het scherm door een subtiel gieren als het ware zelf de beste lift.  

Later leer ik ook dat ik mijn vliegstijl wat moet aanpassen en het scherm geregeld iets meer de vrije hand moet geven met beheersbaar ingrijpen als de omstandigheden erom vragen. Wellicht mede een gevolg van RAST wat af en toe ook de kans moet krijgen om te ademen.

Boven de ruim 2700 meter met briljant zicht op de Gross Glockner en verderop de Gross Venediger, besluit ik om Westelijk richting de Knoten te vertrekken en daar hoogte te pakken voor de oversteek richting de Scharnik.

Ik trap halfspeed voor de eerste keer en concludeer dat dit mooi lichtvoetig gaat met een zeer nette sinkrate, dat is een plus t.o.v. wat ik gewend ben!

Ook de C-bridge steering lijkt prima te werken voor de kleine correcties bij dergelijke oversteken. Lichte rolbewegingen geven aan wat de lucht om me heen doet en deze zijn behoorlijk via de C-bridge te controleren. Aangekomen bij de Scharnik sta ik voor de keuze om verder richting Westen te gaan of retour. Na enige aarzeling besluit ik om te draaien, ook omdat er richting het Westen wat meer wolken aan het ontstaan zijn en het Oosten stukken minder bewolkt blijft vooralsnog.

Met lichte wind in de rug tik ik met halfspeed ruim de 50 km per uur aan en ben zo binnen een mum van tijd weer boven de Emberger. Zo na de eerste uurtjes vliegen moet ik zeggen dat, ondanks de toch wat turbulente omstandigheden door de Noordwind, ik niet heel erg bezorgd geweest ben en ik niet het idee heb een halve schermklasse hoger te vliegen. 

Met rugwind en de goede bellen boven de Gaugen en Stagor vlieg ik tot aan de Radlberger Alm om vervolgens de oversteek richting de Weissensee te maken. Inmiddels moet ik wel de dreigende overontwikkeling in het Westen goed in het oog houden. In de buurt van de Weissensee tref ik een mooie dalwind convergence aan waarin ik super rustig met +2m/s honderen meters hoogte kan pakken. Opmerkelijk genoeg komt de wind hier vanuit het zuiden zodat ik een beetje gevangen lijk te zitten en niet de gedroomde overvlucht van de Reisskofel kan maken doordat ik heel veel sink bij de graten ervaar, overigens zonder al teveel last te hebben van turbulentie, het scherm houdt zich voorbeeldig.

De zuidwind op lager niveau heeft hier ook voordelen want voor de landing besluit ik nog om terug te vliegen richting de Gaugen, hier kom ik relatief laag ter hoogte van de Wiesflecker aan, maar soarend en al heel snel thermische aansluiting vindend zit ik in een mum van tijd weer op ruim 2800 meter! 

In al deze omstandigheden krijg ik goede niet te nerveuze feedback van het scherm en heb geen enkele inklapper hoeven ervaren.

De lucht is inmiddels in het Westen zodanig overontwikkeld dat ik besluit om bescheiden afspiralend de landing op te zoeken. Bij deze manoeuvre is de Nyos RS voorbeeldig te doseren en uit te leiden. Ook oren trekken manifesteert zich als een voorbeeldige en stabiele afdaaltechniek al mag de sinkrate altijd wat groter, zeker omdat het inmiddels overal wel omhoog lijkt te gaan!

Netjes het circuit vliegende kom ik binnen voor de landing waarbij ik ‘de stip’ op een metertje mis na een vlucht van ruim 4 uur. Ik had me al ingesteld op het betere glijgetal zullen we maar zeggen.

Vanwege het feit dat er bijna geen wind heerst moet ik een paar stappen zetten, maar de landing zelf is verder prima en het scherm flared mooi uit.

Punten die me positief opvallen tijdens het vliegen:
+ RAST ik geloof inmiddels absoluut in de meerwaarde van dit systeem als het gaat om de veiligheid, het scherm voelt stabiel aan, ook in turbulentie
+ glijgetal in ieder geval tot halfspeed is uitstekend
+ tegen de wind in staat dit scherm meer zijn mannetje dan wat ik gewend ben
+ speed is lichtvoetig te bedienen (i.c.m. Ozone Forza coconharnas)
+ dochters vinden het ook een mooi scherm 

Als ik nadelen zou moeten noemen, moet ik goed nadenken; misschien doet de stabiliteit een heel klein beetje af aan het aanvoelen van de details waardoor het thermieken iets minder efficiënt lijkt. Echter denk ik dat dit door aanpassing van mijn vliegstijl (het scherm nog wat minder op de rem vliegen en meer laten lopen) al behoorlijk te ondervangen is. 

Verder vergen de risers voor mij wat gewenning op de grond omdat ze iets eerder de neiging hebben tot verdraaien dan wat ik gewend ben ook door de zware stuurlussen. Bij zwakwind landingen lijkt de iets hogere stall snelheid nog even iets waar ik aan moet wennen. Al met al zeker geen showstoppers!

De andere dag sta ik (te) lang in dubio waar ik ga vliegen, maar kijkend naar Alptherm lijkt Sud-Tirol the place to be! Na ruim 120 km sturen achter te trage medeweggebruikers sta ik te laat startklaar op Speikboden, Sand in Taufers. 

Ten Zuiden de Dolomieten, ten Noorden de Zillertaler hoofdkam, er zijn slechtere plekken om te vliegen! Wel is dit een hardcore vlieggebied met alles erop en eraan een goede omgeving om de Nyos RS nogmaals aan de tand te voelen.

Ik start dus veel te laat rond de klok van kwart voor één en draai omhoog in een turbulente Noordwind verzette leibel die onderin wel een beetje vies te noemen is. Meer dan een ritselend oortje en het nodige goed getimede handwerk komt er gelukkig niet aan te pas. Bovenin is het allemaal stukken rustiger en vanaf ruim 3200 meter steek ik over richting het Pustertal waar ik snel richting Vipiteno aan de voet van de Brenner kan vliegen. 

Eerder genoemde bevindingen m.b.t. het vlieggedrag van de Nyos RS zie ik alleen maar bevestigd en ik voel me steeds vertrouwder met het scherm. Ik betrap me er zelfs op dat ik moet concluderen dat er zich een duidelijke keuze voor de toekomst begint af te tekenen…

Terugkomend vanaf Vipiteno heb ik nog een paar lastigere leibellen van onderuit te bedwingen, ook dat gaat zonder problemen met beheerst actief vliegen. Tijd voor een laatste test; het echte hooggebergte! Ik traverseer hoog boven Sand in Taufers naar de Wasserfallspitze en zie aan de horizon het Staller Sattel, de grens tussen Sud en Ost Tirol. De weg ernaar toe is er één deels over bergen tot ruim 3400 meter, een indrukwekkend landschap! Hoog boven het Antholzer dal op ruim 4100 meter maximaal kan ik, hoofdzakelijk al delfinerend, snel vooruit richting het Staller Sattel. De terugweg kost iets meer moeite omdat het inmiddels bewolkt is in het Antholzer dal. Zuinig de zwakke bellen uitmelkend probeer ik in dit extreme terrein boven de graten te blijven wat gelukkig lukt.

Inmiddels is het kwart voor 6 en de zon breekt weer door op de plaats waar ik nu vlieg, graag verleng ik mijn vlucht nog een stukje en daarom zet ik koers naar de Grosser Moosstock. 

Daar aangekomen merk ik dat de lucht giftiger aan het worden is, het heeft er alle schijn van dat er een Nordföhnige stroming over de Zillertaler hoofdkam komt en het is werken in deze forse turbulentie.

Ik besluit dat dit niet aangenaam meer is en naar de landing te koersen voordat het nog heftiger zou kunnen worden en het scherm en vooral ikzelf aan mijn grenzen kom. 

De landing ligt buiten het dorp in een breed komvormig dal waar 5 valleien op uitkomen en in deze situatie lijkt de zuidelijke dalwind te botsen en te mixen met de föhnige wind die vanuit het Noorden over de hoofdkam komt, onplezierige vliegomstandigheden. Zonder inklappers kan ik uiteindelijk veilig landen, het is inmiddels 18:30. Op de teller staat een vlakke driehoek van 110 km.

Andere piloten melden overigens ook de handen vol gehad te hebben, maar gelukkig is iedereen heelhuids geland, ik bel met het thuisfront om te melden dat ik weer op de grond sta.

Met lege maag maar voldaan en met de Spotify op standje 10 in de auto rij ik terug naar Greifenburg waar ik in het donker aankom op het Fliegercamp.

Inmiddels begrijp ik dat Ayke al heeft geïnformeerd bij Martine waar ik toch blijf. Ik bezoek hem met de melding dat de Nyos RS me overtuigd heeft en een 10 uur vliegen in 2 dagen onder soms pittige omstandigheden mij hebben doen besluiten dat voor mij RAST geen marketingkreet meer is, maar ook daadwerkelijk vertrouwenwekkende inhoud heeft gekregen.

Aangezien de andere schermen op mijn shortlist deze bonus niet hebben, ben ik ervan overtuigd dat ik met de Nyos RS het juiste scherm gevonden heb.

De bestelling van de Nyos RS is inmiddels geplaatst en ik hoop in Augustus/September met mijn eigen scherm nog te gaan vliegen in de Alpen!

Kris Versluis

Hoewel ik met mijn Swing Arcus RS niet echt een wedstrijdscherm- cq racemonster heb, doe ik sinds 2 jaar tóch mee aan deze competitie omdat het leuk is om een doel te hebben als je gaat vliegen en je te meten met collega-piloten… Ook is het leuk en leerzaam om op de XCONTEST website te bekijken hoe anderen de taak gevlogen hebben en wat hun tactiek is geweest. Vorig jaar deed ik voor het eerst mee in deze competitie en plaatste mij – tot mijn eigen verbazing – voor de finaledagen. Helaas was het de eerste finaledag slecht weer en kon ik de tweede (uitwijk) dag niet en heb ik verstek moeten laten gaan. 

Sinds 2009 word er elk jaar een vlakland competitie georganiseerd waarbij vanaf maart tot en met mei taken worden uitgeschreven in het weekend en op feestdagen volgens het “cilinder principe”. Dat houd in dat op een wedstrijddag een taak word uitgeschreven met een start- en een finish cilinder waarbij het óf een “race to goal” is of een “out & return”. In beide gevallen gaat het om de snelste tijd dat de taak word gevlogen. De tijd gaat lopen als je de startcilinder verlaat en word stop gezet als je de finishcilinder bereikt/of uitvliegt. Deze tijd word automatisch berekend door de XCONTEST server als je de vlucht upload.

Meedoen aan deze competitie kost niets en er kan vanaf elk lierterrein in Holland (en een paar daar vlak buiten) meegedaan worden. Het enige dat je hoeft te doen is een vinkje zetten bij het uploaden naar XCONTEST (zie https://www.xcontest.org/holland/) en je moet voldoen aan de regels en voorwaarden (zie https://www.nksv2019.nl/ voor meer informatie). Verder word de app “TELEGRAM” gebruikt om te communiceren de taak bekend te maken.

Dit jaar ging het ook best leuk in de voorrondes en heb ik zelfs een keer een taak gewonnen. Na de laatste wedstrijddag in de voorrondes stond ik op de 3e plaats overall in de ranking (1e in de standaardklasse) en mocht ik meedoen met de finale. Ik vond het best wonderbaarlijk dat ik met m’n lage B’er tussen al die C en D schermen (en 2-lijners) op de 3e plaats stond en ik ging er van uit ik op de finaledagen er wel finaal eruit gevlogen zou worden. Maar dat mocht de pret niet drukken: ik had grote kans winnaar te worden in de standaardklasse want daarin had ik een behoorlijke voorsprong opgebouwd. De wedstrijdleiding had met hulp van diverse mensen 2 velden rond Markelo kunnen regelen inclusief de benodigde lierinstallaties.

Zaterdag 18 mei: Finaledag 1

Vandaag was de eerste finaledag en de weersverwachting was heel redelijk (2 Bft ZZO). Om 10 uur werden de 20 finalisten en de vrijwilligers verwacht in Grand Café  “De Kroon” in Markelo alwaar Marga van Woensel ons namens de organisatie iedereen welkom heette en een briefing heeft gegeven. De taak van vandaag: een “Straight distance” van 22 kilometer (startcilinder 3 kilometer; finishcilinder 25 kilometer) en extra punten als je doel wist te halen (Dalfsen of Ommen; afhankelijk van de startlocatie). De finalisten mochten in volgorde van de ranking hun voorkeur aangeven voor veld en startpositie  (10 finalisten per veld) en na een kop koffie en een zenuwenplasje zijn we naar de velden getogen. 

Ik had een dag eerder al de weersites bestudeerd en de informatie bekeken betreffende de lierterreinen en had bedacht dat het veld bij de TV toren de beste kansen zou bieden; rekening houdend met richting en lengte van het veld en mogelijke obstakels bij het uitlieren (zoals hoogspanningsleidingen). Eenmaal aangekomen bij het veld was het in tegenstelling tot de weersverwachting compleet bewolkt en was er geen zon te bekennen. We hebben het even rustig aan gedaan maar na een tijdje wachten zijn we toch maar een vluchtje gaan doen. Dat eindigde zoals verwacht tot een verkennings-glijvluchtje voor iedereen, maar langzaam maar zeker kwamen er gaten in de bewolking en prikte het zonnetje er door heen.

Het oplieren tijdens de finale gaat middels het “traplieren” waarbij iedere piloot maximaal 8 minuten krijgt om hoogte te winnen. Uiteraard ben je op het moment van starten afhankelijk van wind en bewolking op dat moment en komt de factor geluk ook een beetje om de hoek kijken. Als je het geluk had dat er een lekker briesje stond en er een mooie scherp-gerande Cumulus boven het veld stond dan was je spekkoper. Maar als het windstil was en er een enorm blauw gat boven je stond dan had je pech. Gelukkig werd je meteen weer op de lijst gezet als je uitzakte op het veld en mocht je het nog eens proberen.

Langzaam maar zeker bleven de piloten hangen en vlogen er een paar weg van het veld om de taak te vliegen. Vaak waren het 2 of 3 die wel weg kwamen en dan weer 2 of 3 die het niet lukte. Dat was echt het gevolg van de situatie op dat moment. Uiteindelijk stonden er nog 2 op het lierveld (waaronder ik) en was de rest aan de taak begonnen. Ik had al 4 pogingen gedaan (inclusief 1 losgeschoten kabel) en stond klaar voor m’n 5e poging. Inmiddels was het besef doorgedrongen dat het wel eens niet mijn dag kon zijn en ik de taak niet ging halen… Een beetje in de “now or never” modus startte ik om 16:15 voor de 5e keer weg en na 4 liertreks ontkoppelde ik net boven de 500 meter van de kabel. Met alleen maar sink vertrok ik richting noordoost met de bedoeling hem zo dichtbij Markelo mogelijk neer te zetten en naar het terras te gaan. Ik gaf mij gewonnen en meldde dat ook door de porto. Eenmaal boven een geschikt landingsveldje op minder dan 80 meter kreeg ik echter een klein “upje” en besloot om niet te landen maar toch nog een rondje te draaien. Lang verhaal kort: het zwakke upje bleef aan en na heel lang draaien en heel langzaam stijgen ben ik naar 1600 meter geklommen en ben uiteindelijk naar Vroomshoop gevlogen en de taak kunnen volbrengen ?. Zo veranderde een tot dan toe teleurstellende dag tóch nog in een superdag!

Eenmaal terug in Markelo heeft iedereen de GPS’en uitgelezen en geupload naar XCONTEST en is de nieuwe tussenstand bekend geworden. Wat vermeldingswaardig is dat Hugo Robben na het vliegen van de taak en bereiken van goal gewoon weer terug gevlogen is naar het veld. Wat een topper! En André Schepers stond voor deze taak lang op nummer 1 met 32 minuten voor de 22 kilometer, maar werd uiteindelijk toch nog op 11 seconden(!) geklopt door Hugo. Deze eerste finaledag hebben 13 piloten de taak gehaald (https://www.xcontest.org/nksv/ranglijst/:20190518). 

‘s Avonds hebben we gezellig gegeten met de finalisten (én aanhang) in het Grand Café en zijn we moe maar voldaan weer huiswaarts gegaan, of naar camping of Hotel…

Zondag 19 mei : Finaledag 2

Vandaag was er wederom goed weer voorspeld (2 Bft NNO) maar aan het einde van de middag was er over-ontwikkeling en onweer voorspeld. We werden weer om 10:00 verwacht in Markelo en dat viel voor sommigen nog niet mee… De intensieve en lange dag gisteren en de lange thuisreis en het vervolgens niet kunnen loskomen va het Songfestival resulteerde voor sommigen onder ons in een zichtbaar slaapgebrek en kleine oogjes. Gelukkig waren er dubbele espresso’s te verkrijgen ?. Marga deed weer de briefing en de taak van vandaag was weer een straight distance van 27 km. (startcilinder 3 km.; finishcilinder 30 km.) en het meest logische was om ongeveer richting  Doetinchem te vliegen gezien de windrichting en OV-opties. Vandaag had ik weer gekozen voor het veld bij de TV toren, alleen stonden we nu aan de andere kant van het veld. Je kon aan de lucht en de wolken zien dat er veel instabiliteit in de lucht zat en er vormden zich al gauw mooie Cumuli. Later op de middag werden sommigen van die Cumuli behoorlijk groot en zagen we in de verte aambeeldvorming en “ijskappen” boven de wolken. Oppassen geblazen dus en niet te lang wachten!

Ik had nu aan 2 startpogingen genoeg om genoeg hoogte te bereiken en een mooie wolk te vinden. Ik had een koers uitgezet naar Doetinchem en ben daar al zigzaggend (om de blauwe gaten en de boze wolken te omzeilen) ook aangekomen. De taak gehaald! ?. Eenmaal boven Doetinchem werd ik verwelkomd door de stem van Hijlko Soepboer over de porto: hij had de taak ook gevlogen en mij gezien en meldde dat hij een retreive had geregeld en dat ik ook wel mee kon rijden. Super geregeld! Eenmaal geland kwam Jan Meerbeek aanrijden (had ook de taak gevlogen) en heeft ons – na een pitstop voor een biertje bij hem in de tuin – weer naar Markelo gebracht. Onderweg hebben we Hugo Robben ook nog opgepikt want die kwam met een noodgang over de tuin van Jan vliegen en had de taak in een razendsnel tempo uitgevlogen. Uiteindelijk hebben 12 piloten de taak gehaald vandaag (https://www.xcontest.org/nksv/ranglijst/:20190519). Aan het eind van de middag kwamen er inderdaad een paar fikse onweersbuien over het oosten maar gelukkig was iedereen toen al lang geland en aan het genieten van een welverdiende versnapering op het terras van De Kroon. Iedereen heeft zijn vlucht weer geupload en de eindstand van het NKSV 2019 kon berekend worden:

– De top 3 overall (C en D schermen): 
3Hijlko Soepboer2Remko Bolt, en de winnaarHugo Robben (ik ben uiteindelijk nummer 4 overall geworden)
– De top 3 standaard (A en B schermen): 3Paul Datema2Bram Buurlage en de winnaarJeffrey Griffioen
– Dames: (1 deelneemster én nr 8 overall!) winnaar: Marga van Woensel 

De resultaten en de uiteindelijke eindstand zijn te zien op de website van het NKSV 2019: https://www.nksv2019.nl/index.php/2019/05/19/eindstand-nksv-2019/

Resumé overflakkee
Ik mag wel zeggen dat we een zeer geslaagd finaleweekend achter de rug hebben. Het was goed georganiseerd en de sfeer was gemoedelijk en ontspannen. Ik heb veel mensen leren kennen die ik eigenlijk al jaren ken van naam, maar nog nooit “in the flesh” ontmoet had. Iedereen was even aardig en behulpzaam. En mijn behaalde resultaat en vooral het ontspannen vliegen onder mijn Arcus RS geeft mij weer de bevestiging dat dit scherm uitstekende vliegeigenschappen heeft en prima bij mij past. Uiteindelijk komt het naast een beetje geluk en goed materiaal toch vooral op een vliegtechniek en tactiek aan en hoef niet persé een C of D scherm te hebben om leuk mee te kunnen doen in de NKSV competitie ? Wat voor scherm je ook vliegt en wat voor ervaring je ook hebt: ik kan iedereen aanbevelen om volgend jaar gewoon gezellig mee te doen met de NKSV competitie. 

Jeffrey Griffioen.

Allereerst zal ik mij even voorstellen: De naam is Joop Westdijk en ik beoefen de paraglidingsport sinds 2001 met heel veel plezier. Ik vlieg aan de Nyos RS L (95-120 kg.) en mijn “vliegklaar” gewicht is 110-115 kg. Mijn voorkeur gaat uit naar de bergen maar het lieren in ons vlakke land heeft ook absoluut zijn bekoring.

In de loop der jaren heb ik diverse schermen gevlogen van A t/m D maar de laatste jaren vlieg ik hoogstens nog B-schermen. Ik koop voor de bergen en het lieren altijd een nieuw scherm en vlieg er maximaal vier jaar mee, dat is meestal voor de tweede keuring.


Dat het de Swing Nyos RS is geworden was eigenlijk nog niet zo’n eenvoudige keuze; in het B-segment zijn veel schermen te koop die haast niet voor elkaar onder doen wat prestaties betreft. Na een aantal proefvluchten aan een aantal andere schermen was ik er nog niet uit.
Op diverse fora werd heel positief gesproken over het RAST-systeem van Swing en het nieuwe B-scherm van Swing de Nyos RS was er ook mee uitgerust. Voor mij een reden om dit scherm ook mee te nemen in mijn beslissing.

Air Time was zo overtuigd van de nieuwe Swing Nyos RS dat ik een nieuw scherm een tijdje mocht vliegen en weer mocht inleveren als ik niet tevreden was.
Begin april kreeg ik het scherm thuisgestuurd en bij het uitpakken valt gelijk de hoge kwaliteit op. De risers zijn heel mooi afgewerkt en het doek voelt iets anders, dat schijnt nieuw te zijn.


18 April 2018 was het dan zover, de eerste vlucht aan de lier. Uitleggen van het scherm is simpel, een paar rukjes aan de A-lijnen waardoor het scherm zich een beetje vult en de openingen mooi open blijven staan. Lijnen laten zich goed sorteren waarbij je wel even op moet letten dat de C-bridge dezelfde kleur heeft als de A-riser.

Het groundhandelen is een genot, het scherm doet precies wat je wil en reageert heel goed op korte input. Opzetten bij weinig wind gaat een beetje vertraagd maar dat komt hoogstwaarschijnlijk door het RAST-systeem.
Het oplieren gaat probleemloos, stijgen is in orde en het scherm reageert goed op stuurcorrecties. De thermiek was nog niet volop aanwezig maar de
Swing Nyos RS gaf prima de beweging in de lucht aan waardoor ik zo’n twee uur heb kunnen ronddobberen.

Vanaf het moment dat ik afkoppelde, voelde het scherm goed aan en deed precies wat ik wilde. De kleine spaarzame belletjes lieten zich goed centreren. Snelle bochten gingen gemakkelijk en iets te snel de eerste keer voor mijn gevoel. Dit was even wennen vergeleken met mijn vorige scherm.
Het scherm glijdt goed en blijft mooi op hoogte waarbij tegen de wind in het glijgetal wel een stuk minder wordt. Had voor mij wel iets beter gemogen maar moet ik misschien nog bijschaven, het scherm is nog nieuw voor mij. Speedsysteem is tot aan de balletjes gemakkelijk in te trappen en vol te houden. Dit zal ook de meest gebruikte stand zijn. Daarboven vergt het meer kracht en ook niet zo gemakkelijk meer te variëren. De landing is ook eenvoudig waarbij ik het gevoel heb dat de snelheid er duidelijk uitgeremd moet worden.
Na nog een aantal liervluchten waarbij ik wat inklappers heb getrokken, grote en kleine oren enzovoort was ik al bijna overtuigd van de Swing Nyos RS.

In mei 2018 naar de Alpen. Hier ging ik dan eens uitgebreid “proefvliegen”. Starten met de Swing Nyos RS vanaf de helling gaat probleemloos, zowel voor- als achterwaarts. Bij het voorwaarts starten moet je rustig opzetten maar je voelt gelijk als het scherm zich gevuld heeft en wil vliegen.
Bij het achterwaarts opzetten is het scherm goed te controleren en gedraagt zich voorbeeldig, bij hardere wind reageert het scherm beter op kleine stevige input.


Bij het zoeken naar thermiek heb ik een aantal malen het scherm laten gaan en dat voldeed prima, meestal “vond” het scherm wel wat. Het centreren gaat prima en het scherm heeft geen voorkeur voor een speciale techniek. Ik heb veel met gewicht-sturen gespeeld en correcties met buiten- of binnenrem neemt het scherm probleemloos over. Bij stevige thermiek vraagt de Swing Nyos RS meer stuurkunst maar als je eenmaal de bel hebt gecentreerd gaat het spelenderwijs waarbij de input kort en stevig moet zijn.


Het vliegen met speed is m.b.v. de C-bridle goed vol te houden. Ik leg mijn vier vingers er op en stuur met de pink, met de wijsvinger ga ik het pendelen tegen. Het sturen met de pink moet je kort en stevig doen waarbij het scherm onmiddellijk reageert.
Ik heb ook wat inklappers getrokken en deze gingen er zeer snel weer uit zonder noemenswaardige koerswijziging.

Oren met speed geven voldoende zink waarbij ik wel merkte dat bij veel wind en grote oren met speed het scherm zijn eigen koers wil bepalen. Moest erg veel gewicht in de strijd gooien.
Inmiddels ook een paar heftige inklappers gehad die goed aankwamen maar heel beheerst te herstellen waren. Het blijft wel een hoge B-er natuurlijk.
Tijdens het vliegen merk je niet veel van het RAST-systeem of het zou moeten zijn dat het rustige vliegen daar het gevolg van is. Ik hoor achteraf nog wel eens dat het zo turbulent was maar daar had ik niet zoveel van gemerkt.

Ik heb er in 2018 veel plezier aan beleefd en de Swing Nyos RS heeft inmiddels na 85 uur ongeveer 1500 km. op de teller. De langste vlucht in de bergen was 135 km. en 85 km. vlakland.
Misschien overbodig te melden, maar ik heb het scherm niet meer ingeleverd.

Dat het eiland voor de kust van Marokko niet de beste plek was om te vliegen, dat wisten we. Korte startplekken gevolgd door een klif en kleine landingen met veel grote stenen maken het vliegen risicovol. De combinatie van een mooi landschap met een bijna jungle-achtige begroeiing en een lekkere temperatuur maakte het dat we er toch voor zijn gegaan.

Belangrijk als je wilt gaan vliegen op Madeira, is dat je de juiste instelling hebt. Je moet nee kunnen zeggen en daar op zo’n moment ook vrede mee hebben. Je niveau moet voor het starten en landen goed zijn. Dit omdat de korte starts vaak niet vrij zijn van stenen en planten. Veel starts liggen ook gelijk boven een klif. De landingen zijn op de stranden naast grote golven. Ze zijn klein en vol behoorlijke keien die je niet verkeerd wilt raken. Verder soar je veel en dat is niet heel moeilijk. Het weer op het eiland kan snel veranderen. Over de oceaan volgen de verschillende weersystemen elkaar snel op en worden door het eiland opgestuwd. Wel iets om goed naar te blijven kijken.

Je hoeft voor het vliegen op Madeira geen hoge klasse scherm te vliegen. Het is veelal soaren op de wind en dat gaat met de huidige A- en B-schermen hartstikke goed. Zelf vloog ik er aan de Swing Arcus  RS. De Arcus RS is een scherm dat gemakkelijk opzet; handig op de wat turbulente korte startplekken. Ook is het lijnenplan overzichtelijk wat zeker handig is als de startplek niet helemaal vrij is van planten en stenen.  Het scherm is snel en draait vlak op bijna alleen gewicht wat zorgt dat je bij weinig wind op hoogte blijft. Het scherm reageert direct en voorspelbaar op het sturen waardoor je heel precies kan landen. Ook als je het scherm wat meer naar de plek moet wringen, laat hij dat ver toe. Wel zo lekker bij het landen op een kleine plek. Ik was blij met de keuze voor dit scherm op deze plek.

Het eiland heeft meerdere startplekken die door de grootte van het eiland en de vele tunnels goed te bereiken zijn. In de tijd dat wij er waren kon er af en toe gevlogen worden en was het wat zoeken naar het juiste moment. Best grappig maar zeker niet voor iedereen geschikt.

Groet,

Ayke

Door het invoeren van de europeesche luchtvaartwet SERA zijn er voor een aantal landen wat uitwijkregels veranderd. De DHV heeft voor de EHPU een aantal afbeeldingen ontwikkeld die de juiste uitwijkregels iets duidelijker maken. Deze afbeeldingen bevatten de uitwijkregels bij de berg, in de vrije lucht, in de thermiek en bij de start en landing.

Start

Er wordt pas gestart wanneer het luchtruim vrij is.

Landing

Het voorgeschreven landingscircuit zal altijd in acht worden genomen, waarbij de hoogst vliegende piloot uitwijkt voor de laagst vliegende.

Afstandsregel

Er moet altijd voldoende afstand worden gehouden van andere piloten. Dit geldt zowel voor de horizontale als verticale afstand.

Uitwijkregels in het vrije luchtruim: Tegengestelde koersen

Komen er 2 piloten in vrije luchtruim elkaar frontaal tegen, dan zullen beide piloten naar rechts uitwijken.

Uitwijkregels in het vrije luchtruim: Kruisende koersen

Kruizen de koersen van 2 piloten elkaar, dan zal de van links komende piloot moeten uitwijken voor de van rechts komende piloot.

Inhalen in het vrije luchtruim

Wil een piloot een andere piloot inhalen, dan zal hij met zekere afstand hier rechts voorbij vliegen. Is deze weg echter versperd mag er ook links worden ingehaald. In beide gevallen moet rekening worden gehouden met voldoende afstand om eventueel onverwachte bewegingen van de voorganger op te kunnen vangen.

Uitwijkregels bij soaren: voor een helling

Kom je bij het soaren langs een helling een andere piloot tegen, dan wijkt de piloot met de helling aan zijn linkerkant naar rechts uit. Denk er hierbij wel aan dat er meer ruimte gemaakt moet worden dan in de vrije ruimte, omdat de piloot met de helling aan de rechterkant niet verder naar rechts kan uitwijken.

Uitwijkregels bij soaren: boven een helling

Soaren twee piloten in de liftband boven de helling, dan wijkt de piloot met het lijgebied aan de linkerkant naar rechts uit.

Uitwijkregels in het vrije luchtruim: Kruisende piloten

Draait een piloot in een thermiekbel dan moeten de andere piloten voor hem uitwijken. Een uitzondering hierop is voor thermiek bij een soarhelling. Hier zijn de “Uitwijkregels bij soaren” van toepassing!

Draairichting in de thermiek

De eerste piloot in de thermiek bepaalt de draairichting en de rest zal deze moeten volgen.

Samenvattend zijn de thermiek- en soarregels dus extra toegevoegd in de FBO. Omdat ze als akkoord staan in de EHPU zullen ze door veel landen worden overgenomen. In Nederland en Duitsland en Oostenrijk zijn al deze regels dus van toepassing.

Ik hang weer in de lucht! Dat is lang geleden. Ik neem deel aan de Red Bull Eléments, een wedstrijd in Frankrijk in het plaatsje Talloires aan het meer van Annecy. Het betreft een wedstrijd met 4 disciplines. Allereerst 13,5 km roeien (en 1 km over land rennen met de boot op je nek), 11 km trailrunning (waarvan meer dan 1900 meter bergopwaarts), 25 km mountainbiken (met 1700 hoogtemeters) en minimaal een uur paragliden (met 3 landingen en 3 aaneengesloten races). Dat is de Red Bull Eléments.

RBE-2012-fietsEen goede vriend en topatleet Meindert van den Heuvel had mij hiervoor benaderd en zou het roeien in een 9 meter lange skiff voor zijn rekening nemen. Erben Wennemars had al toegezegd de berg op te willen rennen en ex-wereldkampioen mountainbiken Bart Brentjens zou op de MTB de Fransen het snot voor de ogen fietsen in deze loodzware Franse estafette op 15 september 2012.

Na een teammeeting met Yves Kummer als teamcaptain (oud kampioen rugby speler) werd het me duidelijk dat ze geen ‘nee’ van mijn kant zouden accepteren. En ik hou van avontuur dus werd het een avontuur. Allereerst moest ik iets doen aan mijn uitrusting. Mijn eigen scherm was alweer enige jaren oud en zou mogelijk niet eens door de Franse keuring komen. Gelukkig kon ik rekenen op Ayke Jager en Barry Zeldenrust, eigenaren van paraglidingschool Air Time. Zij wisten voor mij de spiksplinter nieuwe Advance PI te regelen, de lichtste paraglider die er is. Inclusief harnas en rugzak woog het niet meer dan 3,14 kg!

RBE-2012--bootjesHet plan was om in de voorbereidingen nog wat te trainen en te oefenen met het scherm, echter ik was te druk met klimmen en het geven van lezingen in het buitenland en tussendoor ontbrak het aan tijd of het weer was te slecht. Zo kwam het dat ik een dag voor de wedstrijd voor het eerst pas echt vloog aan het scherm. Van te voren hadden we naar een Franse vliegschool gebeld of het mogelijk was dat ze met mij het parcours zouden kunnen verkennen. De eigenaar van die school was de winnaar die het jaar ervoor het onderdeel paragliding had gewonnen! Zijn reactie was geen probleem, meld je maar om 8.00 uur en zo geschiedde. Maar zoals het veel Fransen betaamt, toen ik me op 14 september om 8.00u meldde, gaf de man niet thuis.

De bedoeling tijdens de wedstrijd qua vliegen was als volgt: We zouden starten op de top van de La Tournette (2351m), een top op een grote rotspiramide. Daar vandaan zouden we toplanden op Chalet de L’Aulp (1410m), vervolgens 300 meter omhoog klimmen, starten en doorvliegen naar het landingsterrein in Perroix (560m). Dan weer een kleine 300 meter omhoog klimmen en wegstarten vanaf Planfait (950m). Als toetje moest je landen op een vlot van 5×5 meter op het meer van Annecy.

Gelukkig mocht ik mee in een busje de dag voor de wedstrijd van de plaatselijke school en reden we naar Chalet de L’Aulp. Daar klommen we 200 meter omhoog en vanuit een knollenweiland omsloten door schrikdraad vloog ik mijn eerste vlucht richting Perroix waar de landingsplek van de vliegschool was. Dit stuk had ik dus reeds verkend. Gelukkig kon ik weer een lift krijgen naar Planfait op 950 meter hoogte waar ik mijn 2e vlucht maakte en wederom lande in Perriox. Helaas was het niet mogelijk om de vlotlanding te verkennen en te oefenen dus dat zou aankomen op improviseren tijdens de wedstrijd. De belangrijkste vlucht vanaf te top van de La Tournette had ik ook niet kunnen oefenen omdat het voor mij zeer onduidelijk was waar je daar vanaf zou kunnen starten. Op de werkelijke top stond immers een kruis!

De ochtend dat ik mijn parkoers verkende, had Meindert een stukje geroeid, Erben een half uur de berg opgerend en Bart een deel van zijn rondje gefietst. Het was prachtweer en de stemming onder leiding van onze teamcaptain was opperbest. Na de verplichte keuringen, het ophalen van de startbewijzen en in de avond de briefing in het Frans waren we er helemaal klaar voor.

Op de wedstrijddag moest ik me op 7.00u melden met alle andere vliegers. We werden in busjes omhoog gereden naar Chalet de L’Aulp (1410m). Daar moesten we onze rugzak, helm, reserve en scherm inleveren die vervolgens in een mega grote zak onderaan de helikopter naar de top werd gevlogen. Vanaf 1410 meter moesten we zelf omhoog klimmen naar de top van de La Tournette op 2351m. Een prachtige beklimming maar ik realiseerde me dat Erben er nog een vette kluif aan zou krijgen want die moest dit hardlopend doen. Terwijl ik omhoog aan het klimmen was, had beneden aan het meer van Annecy het startschot al geklonken. Meindert was begonnen aan zijn 13,5 kilometer roeien. Hij kwam uiteindelijk als 7e het water uit, wist met de boot op de nek (9m lang!) nog een deelnemer in te halen en gaf het stokje door aan Erben. Ruim na 10.00 uur zag ik Erben aan komen rennen. Ik stond klaar met mijn scherm op de rug. Ik moest namelijk eerst 100 meter abseilen, daarna de klimgordel af doen en om de rotspiramide klauteren en daar was dan het startpunt. Qua uitrusting had ik een zeer lichte rugzak die tevens als pakzak diende. Echter vlak voor de start zag ik dat al die Fransozen hun scherm gewoon in een nylon zakje hadden gepakt en deze via een paar schouderbandjes op de rug hadden. Vervolgens stonden ze allemaal al aangekoppeld met de nylon zak op de rug. Het was dus slechts een kwestie van seconden en dan zouden ze al vliegen. Ik moest dus vliegensvlug improviseren om een dergelijk systeem te bedenken. Gelukkig had Ayke van Air Time mij zo’n nylon zak meegegeven om het scherm thuis in te bewaren. Ik bedacht me geen moment en dus pakte in snel ook het scherm over vanuit mijn rugzak in dat nylon zakje aangekoppeld en al. Echter aan mijn nylon zak zaten geen schouderbanden en dus had ik de zak via de trekkoordjes op mijn rug gebonden. Nadat Erben mij had aangetikt en bijna kotsend over de rotsen hing begon ik aan mijn abseil. Het scherm bungelde uiteraard zeer onhandig achter op mijn kont en voorop mijn buik hing dat onhandige reddingsscherm wat helaas verplicht was. Normaal vlieg ik tijdens expedities nooit met een redding i.v.m gewicht maar nu moest ik wel. Zeer onhandig abseilend kwam ik beneden, trok de klimgordel uit en snelde naar de startplek. Deze was zeer steil en zowel links als rechts omgeven door zeer scherpe en massieve rotsen. Ik gooide de nylon zak van mijn rug en het scherm binnen enkele seconden eruit. Ik vouwde het wat open, deed 3 stappen naar beneden, trok het scherm rugwaarts op, draaide me om en ik was los …… maar direct constateerde ik dat mijn lijnen getwist zaten als een wokkel. Ik probeerde me uit de wokkel te draaien maar voor ik het wist belandde ik met een knal tegen de rotsen rechts van me. Pijnlijk was ik met mijn heup, rug en been tegen de rotsen geknald. De adrenaline zat in mijn keel en ik vermaande mezelf en pakte mijn scherm bijeen, hinkelde, kroop omhoog alwaar ik opnieuw met pijn in mijn lijf een nieuwe poging ondernam, dit keer de goede kant opdraaiende. Ik vloog! Een gejuich ging op maar wat een vreselijk domme en slordige fout. Typisch een geval van te weinig training om op deze manier lichtgewicht en super snel te kunnen starten met aangekoppeld scherm. Oei, oei, oei wat deed het pijn. Gelukkig zorgde de adrenaline van de wedstrijd ervoor dat ik me kon focussen op wat ik moest doen. Nu geen fouten meer maken.

RBE-2012--startNadat de eerste Franse vliegers gestart waren had ik al de conclusie getrokken dat ik eigenlijk toch een verkeerd scherm had. De Advance PI was namelijk super licht en makkelijk te vliegen maar ongeschikt om oren te trekken. En wat deden de vliegers voor mij? Direct na de start super vette oren trekken en daarmee gingen ze als een raket in een lijn recht naar beneden op de landingsplaats af Chalet de l’Aulp (1410m). Mijn Advance PI was een perfect scherm voor het vliegen en won alleen maar hoogte bij het minste geringste stukje thermiek. Echter tijdens deze race was het de bedoeling om zo snel mogelijk hoogte te verliezen. Via flinke wing overs en korte steilspiralen probeerde ik mijn tijd goed te maken maar tegen de vliegers met oren kon ik niet op.
Gelukkig ging de landing bij Chalet de l’Aulp goed, pakte het scherm snel in de nylon stuff bag, gooide hem over mijn schouder en klom de heuvel op. Ik zweette me een ongeluk. Boven op de berg was het flink fris geweest. Maar nu bijna 1000 meter lager en omhoog klimmend door een weiland raakte de temperatuur van de motor oververhit. Boven, 300 meter hoger dan de landing, vloog ik met een rugstart weer weg. De vlucht naar Perroix is een prachtige en standaard vlucht zonder problemen. Ik landde daar netjes 3 meter voor het kruis op het landingsveld waar Meindert en Bart me stonden toe te juichen. Ik probeerde zo snel mogelijk de zaak weer in te pakken maar eerst moest ik me toch echt van een paar lagen kleding ontdoen. Het was hier nog warmer en ik moest weer omhoog klauteren door een bos zonder officieel pad. Het water gutste wederom van mijn kop. Het scherm op de rug, de helm aan het harnas, de reserve nog steeds irritant bungelend op mijn buik en dan over die gladde boomstronken en wegglijdend door de modder. Na 40 minuten en een 2 liter vocht armer begon ik aan mijn laatste start. Een zeer luxe start vanaf een tapijt op de startplek maar met het avontuurlijke toetje op het eind. Ik was er vanuit gegaan dat er wel een ervaren Franse piloot voor me zou zitten om de tactiek af te kunnen kijken hoe te landen op het vlot.

RBE-2012--luchtHelaas precies op het moment dat je wil dat er een vlieger voor je vliegt, vliegen ze alleen maar achter je! Ik moest het dus zelf maar uitzoeken. Ik gebruikte mijn Turkije-ervaring om maar boven het water zoveel mogelijk hoogte te verliezen, vervolgens langs de rand van het meer richting het vlot te komen en vanaf het land op het juiste moment de laatste bocht richting het vlot wat zo’n 50 meter vanaf de kant in het water ligt. Het vliegen boven het water was heerlijk en met mooie wing overs bouwde in mijn hoogte af. Ik genoot zelfs ondanks de pijn in mijn heup.

Dan komt het spannendste moment, het inschatten en het insturen om op het vlot te landen. Ik vlieg langs de rand van het meer net over het land, langs het publiek en dan stuur ik in omdat ik denk boven het water nog wel te zakken. Er staat echter inmiddels ook wel wat wind vanuit het meer en naarmate ik het vlot in enkele seconden nader realiseer ik me dat ik te hoog zit. Ik probeer nog hoogte te verliezen door als een gek te pompen maar door de opwaartse wind vlieg ik over het vlot heen en laat het maar gebeuren: plons! Het scherm valt gelukkig niet over me heen en direct zijn er 2 bootjes om me erin te hijsen en mijn scherm uit het water te trekken. Ik klauter op het vlot, pak het scherm zo goed en zo kwaad als het kan bij elkaar en loop met het hele spul onder luid applaus naar de startplek waar Bart Brentjes de laatste etappe mag doen van deze estafette. Ik geef Bart nog een duw en dan zit mijn avontuur erop. Gelukkig voor mij gaan er ook bosjes Franse vliegers het water in omdat er steeds meer wind uit het meer komt.

Ruim 2 uur later, 25 km en 1700 hoogtemeters verder komt Bart over de finish! De Nederlanders zijn binnen. We blijken de 24e plek te hebben veroverd en daar zijn we maar al te trots op. Volgend jaar weer maar dan met een betere voorbereiding want een goede voorbereiding is het halve werk!

Wilco van Rooijen